Het is de week van de duoresidenties. Lisi Estaras en Ido Batash van MonkeyMind Company zijn nog altijd in huis, Camille Paycha en Noortje Sanders zijn geland met hun valies en we ontvangen ook theatermakers Laura Vroom en Mira Bryssinck. Zij onderzoeken in de voorstelling A pair of socks de rekbaarheid van empathie.
Empathie. Wat is dat nu eigenlijk? Hoe is het om zonder empathisch vermogen te leven? Of juist een teveel aan empathie te voelen? Waar begint de empathie voor een ander en waar stopt die?
Vertrekkend vanuit persoonlijke anekdotes, gaan ze in gesprek met mensen die beroepsmatig geconfronteerd worden met de gevoelens van anderen. De voorstelling wordt een cross-over tussen documentaire en fictie voor iedereen vanaf 14 jaar.

Laura Vroom (°1987) is theatermaker en actrice (Master Drama aan het KASK, Gent). Sinds haar afstuderen werkte ze als actrice en maker samen met de jonge collectieven Kuiperskaai en Ballet Dommage. Laura Vroom heeft een grote liefde voor taal, poëzie en absurde humor. Ze creëert minimalistische voorstellingen waarin spel en verbeelding centraal staan.
Mira Bryssinck (°1993) is theatermaker, schrijver en actrice (Master Drama aan het KASK, Gent). Ze acteert en regisseert en heeft een voorliefde voor absurdisme dat verbindt en vervreemd in een steeds wisselende dynamiek.

Q & A met Laura en Mira
Kan kunst de wereld redden?
Mira: Nee, maar een wereld zonder kunst zou reddeloos verloren zijn.
Laura: Kunst is in staat om te verbeelden wat we niet gezegd krijgen en maakt zo zaken voelbaar en bijgevolg bespreekbaar. Het is voor ons ook een vrijplaats waar het gekke en het abstracte kan zegevieren. Het breekt ons als mens open: ons denken, ons voelen, het verlegt de grenzen door verder te gaan dan het één op één begrijpen of enkel het opvoeren van een mening. Het is ongrijpbaar. Het daagt ons uit en verbindt ons met ons diepste mens zijn: onze dromen en onze angsten. Het stelt vragen over de relatie die we met onszelf, elkaar en onze omgeving aangaan. Het is wel degelijk belangrijk dat er af en toe in een zaaltje iemand voor een publiek met zijn piemel staat te zwieren. Als we doen alsof dat niet zo is, alsof dat geen deel is van onze identiteit, dan ontken je de humor, de waanzin. Kunst zal misschien niet de wereld redden, maar kan iemand troost bieden, doen lachen, doen huilen en de mogelijkheid tot verbeelding schenken. In die optiek geloven we dat kunst zeker levensreddend kan zijn.
Met welke artiest/kunstenaar (al dan niet nog in leven, dichtbij of aan de andere kant van de wereld …) zou je graag eens samenwerken en waarom?

Mira: Er zijn heel wat kunstenaars die me erg boeien. Als acteur ontdek je vast veel over spelen wanneer je onder een regie van Fassbinder speelt. Maar als ik over de grenzen van de disciplines heen mag denken lijkt het me ongelofelijk boeiend om een nummer met Lou Reed te maken en op te nemen. De eenvoudige taal die snijdt als messen, nummers die hangen tussen parlando en zingen. Het lijkt me een uitdaging zoiets te mogen doen.
Laura: Yargos Lanthimos. De film eerste film die ik van hem zag was Alps en dit maakte een enorme indruk op me. Het is een zeer pijnlijke film, maar op een prachtige manier verteld. Net als Dogtooth is de film zowel in scenario als cinematografie vervreemdend, het acteerwerk sober maar zo raak is en de humor absurd en intelligent ingezet. Ik bewonder hoe hij in zijn films verbeelding met realisme combineert en niet ‘vlucht’ in al te veel psychologie of drama. Juist de onderkoelde toon in zijn werk, maakt dat het zo hard binnenkomt. Hij weet dan ook lastige thema’s te verfilmen en gaat de controverse niet uit de weg, maar is niet uit op een provocatie.Na het zien van zijn films voel ik me vaak ongemakkelijk.
Welk personage uit een kunstwerk (roman, film, theaterstuk, songtekst, schilderij …) zou je graag willen zijn en waarom?
Mira: Het lijkt me heerlijk ooit een interpretatie neer te zetten van Cruella de Vill. En vrouw die door en door bitter en daardoor sarcastisch is. Het lijkt me fijn zulke bombastische intredes te maken en het gejaagde karakter van dat personage is zeker ook een uitdaging. Als we naar het theaterrepertoire kijken lijkt Blanche van A streetcar named desire me een fijn personage. De contrasten in de eindscène lijken me fantastisch om te spelen.

Laura: Aansluitend op de vorige vraag: Het lijkt me wel leuk om een koningin te spelen, liefst een lichtelijk gekke of eentje in verval. Of Lavinia uit Rouw siert Electra. Ik zag lang geleden Halina Reijn deze rol vertolken in een regie van Ivo Van Hove. Dit maakte een enorme indruk op me. Ik zat op het balkon, maar door de intensiteit van haar spel, kwamen haar woorden zo hard binnen. Ik studeerde toen nog Theaterwetenschappen aan de UVA en ik wist toen: ik wil op dat podium staan. Het lijkt me daarom fantastisch om nu zelf mijn tanden te bijten in die rol.
Wat houdt je ’s nachts wakker?
Mira: De nacht zorgt ervoor dat ik pieker of dat ik dialogen met mezelf voer. Dialogen over de dynamieken waar heel wat menselijke relaties onderhevig aan zijn. Wat mensen drijft om te doen wat ze doen boeit me. Ik kan me steeds verwonderen over de complexiteit van de menselijke soort. Ik stel ook mijn eigen drijfveren in vraag. Als speler en als maker wil ik graag mijn persoonlijkheid, mijn hele hebben en houden ten dienste stellen van een werk. Maar waar wordt die persoonlijkheid door bepaald? Welke uiterlijke en innerlijke kenmerken maken een mens en dus een speler wie hij of zij is. Op welke manier kan ik als speler mezelf overstijgen? Hoe kan ik mijn eigenheid met mijn fysieke capaciteiten en beperkingen ten volle inzetten zonder dat de beperkingen hoofdthema worden? Ik maak daar erg secure keuzes in. In de nacht bekokstoof ik graag plannen die zowel werk als privé gerelateerd zijn en waarin mijn doel is mensen samen te brengen. Dat is wat ik als mens, speler en maker wil doen.
Laura: s’ Nachts, als alles stil is, lig ik vaak klaarwakker. Mijn geest voert mij dan langs alle mogelijke wegen: herinneringen, zorgen, praktische zaken, vreemde rekensommen, redes die ik alleen voor mezelf opvoer, toekomstbeelden, fragmenten uit boeken, boodschappenlijstjes, … zowat alles passeert de revue. Ik heb al van alles geprobeerd, maar ik heb me erbij neergelegd: ik ben een slechte slaper. Elke nacht voeren mijn geest en lichaam een gevecht: de een verlangt naar een associatie achtbaan en de ander verlangt naar een herstellende rust. Meestal wint mijn lichaam wel, maar het kan lang duren. En op andere momenten gaat mijn hoofd ervan door met mijn nachtrust en ik beleef dan ook regelmatig zogenaamde witte nachten. Sommige periodes is het zo erg dat ik het gevoel heb permanent in een schemerzone te verblijven, zowel ‘s nachts als overdag. Volgens mij heeft slapeloosheid iets te maken met doodsangst, of in ieder geval met de angst om los te laten.
